Weetjes & Ideetjes

1. WEETJE dat, als je werkt met een ondergrond zoals Magic Paper, L11 of Raster Quick, je geen rekening hoeft te houden met ‘recht van draad'.

Recht van draad heeft te maken met de schering, de gespannen draad op de weefgetouwen, en de inslag, de draad die door de schering van rechts naar links en omgekeerd geweven wordt. Bij recht van draad leg je je patroontje recht op de lengte (dus langs de zelfkant) van de stof, waardoor er geen vervorming kan plaatsvinden.

2. WEETJE dat er trucjes zijn om de draad gemakkelijker door de naald te krijgen?

Heb jij ook steeds een leesbril nodig om een draad door de naald te krijgen?

Er zijn natuurlijk allerhande hulpmiddelen te koop, zoals een Wilhelmientje of een draaddoorsteker van Clover.
 

Maar wist je dat het oogje van de naald in de naald wordt gestanst? Daardoor kan het zijn dat je de draad gemakkelijker in de naald krijgt aan de ‘andere kant’  van het oogje. Probeer het maar als het weer eens niet lukt: rol de naald 180 graden om en steek van die kant in. Goede kans dat het gemakkelijker gaat.

3. WEETJE dat je stoffen vooraf kunt wassen, maar dat het niet noodzakelijk is?

Het eeuwige dilemma: nieuwe stoffen wel of niet wassen voor gebruik….

In de quiltwereld heb je allerlei stromingen: er zijn mensen die stoffen direct na aankoop en voor het opbergen wassen, je hebt mensen die stoffen wassen voor ze ze gaan verwerken en je hebt mensen die de stoffen ongewassen verwerken.

In moderne quiltstoffen zit geen versteviging, dus dat is geen reden om een stof vooraf te wassen. Wel is het zo dat de stof van een wasbeurt vaak wat soepeler wordt. Dat kan een voordeel zijn, maar ook een nadeel.

Er is echter wel een reden om stoffen voor gebruik te wassen, en dat is kleur. Rode of blauwe stoffen willen bij hun eerste wasbeurt nog wel eens bloeden, en dat is natuurlijk niet fijn als je ook witte of lichtgekleurde stoffen in dezelfde quilt hebt verwerkt. Die rode of blauwe stoffen kun je voor gebruik een uurtje of wat in een bak koud water met azijn zetten. Spoel ze daarna in de wasmachine op een spoelprogramma goed uit en centrifugeer ze op een laag toerental. De wind kan daarna de droogmachine zijn. Daarmee haal je de meeste kreukels al uit de stof. Is het nog nodig, dan kun je na het lijndrogen eventueel strijken.

Heb je een gewassen serie stoffen die je wilt combineren met nieuwe ongewassen stoffen, dan kun je die laatste beter ook wassen.

Zelf wast Marina de stoffen die ze in quilts gebruikt vrijwel nooit. Als een quilt met ‘uitlooprisico’ gewassen moet worden, dan gebruikt zij een ruime hoeveelheid colorcatchers in de machine. En dat gaat prima.